In 2019 werd een onderzoek gestart naar grootschalige diefstallen van voertuigen in de regio Rotterdam. Reden voor het onderzoek was dat opvallend was dat gestolen auto’s met valse kentekenplaten werden gebruikt bij zware geweldsmisdrijven waaronder liquidaties. Deze auto’s werden vooral gestolen in de Rotterdamse wijken Ommoord en Zevenkamp.
In het kader van het genoemde onderzoek volgde de politie langere tijd bewegingen van die auto’s en wist zo een aantal verdachten aan te houden. Uit de inbeslaggenomen telefoons kwam een schat aan informatie naar voren. Niet alleen betrof dit communicatie over zogenaamde voorverkenningen, maar ook over de diefstallen zelf en de locaties waar voertuigen werden “koudgezet”.
De hoofdverdachte, een 42-jarige Rotterdammer speelde een belangrijke rol: hij had contact met “afnemers”, bepaalde welke auto’s moesten worden weggenomen en regelde ook de diefstallen. Aansluiten zorgde hij ervoor dat de auto’s werden voorzien van valse kentekenplaten en afgeleverd werden bij de afnemers.
Bedrijfsmatige werkwijze
Volgens de rechtbank is een beeld ontstaan dat de verdachten zich op bedrijfsmatige, zakelijke wijze bezig hebben gehouden met de diefstallen en het doorverkopen van auto’s. Hierbij was geen sprake van een vaste taakverdeling, maar voerden alle verdachten taken uit die onderling uitwisselbaar waren. Duidelijk was wel dat iedereen een bijdrage leverde aan het stelen en doorverkopen van eenmaal gestolen auto’s. Verdachten waren doorlopend bezig met hun criminele werkzaamheden en leken aan een half woord genoeg te hebben. De rechtbank concludeert dan ook dat de verdachten in een periode van ruim een jaar hebben deelgenomen aan een criminele organisatie met het oogmerk het stelen en witwassen van auto’s.
De verdachten zijn door de rechtbank veroordeeld voor straffen variërend van 12 maanden tot 45 maanden. Lees hier de uitspraak tegen de hoofdverdachte.
